Een nieuw onderzoek heeft onthuld dat de locatiegegevens van topambtenaren van de Europese Unie online worden verkocht door databrokers – ondanks de strikte Europese GDPR-wetgeving die dit soort misbruik juist moet voorkomen.
Volgens het Duitse medium Netzpolitik kreeg een coalitie van Europese journalisten een “gratis sample” van een databroker in handen met daarin 278 miljoen nauwkeurige locatiepunten afkomstig van miljoenen mobiele apparaten in België. De gegevens bevatten ook bewegingen in Brussel, waar de Europese Commissie en het Europees Parlement zijn gevestigd.
Journalisten konden honderden apparaten identificeren die toebehoren aan EU-functionarissen en medewerkers, waaronder 264 binnen de Europese Commissie en meer dan 750 in het Europees Parlement. In sommige gevallen maakte de dataset zelfs woonadressen, werkplekken en routes van hoge ambtenaren inzichtelijk.
De locatiegegevens zijn afkomstig van alledaagse apps op telefoons — zoals weer- of winkelapps — die ongemerkt locatie-informatie delen met databrokers. Die verkopen de gegevens vervolgens door aan adverteerders, overheden en zelfs militaire contractanten.
EU-functionarissen hebben inmiddels “bezorgdheid” geuit over de onthullingen en nieuwe interne richtlijnen verspreid om de risico’s van digitale tracking te beperken.
Hoewel de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) de strengste privacywetgeving ter wereld is, is de handhaving tegen de miljardenindustrie van databrokers tot nu toe beperkt. Toezichthouders stellen dat de markt zich in een juridische grijze zone bevindt, omdat gebruikers vaak akkoord gaan met vage datadelingsvoorwaarden in appgebruikersovereenkomsten.
Beveiligingsexperts waarschuwen dat zulke gegevens eenvoudig kunnen worden misbruikt. “Locatiegeschiedenis kan politieke ontmoetingen, persoonlijke routines of zelfs huisadressen onthullen – dit is surveillance op commerciële schaal,” zei een privacyonderzoeker tegen Netzpolitik.
